“Lukt het je op die woensdag?” “Ja hoor”, zei ik aarzelend. Maar vanbinnen wist ik al: dit voelt niet goed. Ik zei JA terwijl ik eigenlijk NEE voelde.

Ik had eigenlijk vakantie. En ja, mijn werk vind ik belangrijk. Maar diep vanbinnen voelde ik: hmm, dit ga ik jammer vinden op de dag zelf. En precies dat gebeurde ook.

Op de dag zelf baalde ik dat ik tóch een afspraak had gepland. Het beperkte mijn gevoel van vrijheid en vakantie vieren. En eerlijk? Het was niet eens urgent.

Ik ging dus over mijn grens heen.

Waarom? Omdat ik bang was om anderen teleur te stellen. Omdat ik conflicten wilde vermijden. Omdat ik aardig gevonden wilde worden.

 

Kleine grenzen, grote gevolgen

Misschien herken jij dit ook:

  • Nog even dat werk afmaken terwijl je eigenlijk al naar de wc moet (hallo buikpijn!).
  • Ja zeggen tegen een feestje terwijl je weet dat je de dag erna uitgeput bent.
  • Toch dat extra uurtje afbeulen in de sportschool terwijl je lijf rust nodig heeft.

Het lijken kleine dingen. Maar ze kosten energie. Je voelt je er ongemakkelijk door. En het stapelt op.

Als je grenzen steeds negeert, word je moe, prikkelbaar en ga je malen. En dan is de kans groot dat de eetstoornis weer grip probeert te krijgen. Omdat die ooit jouw manier was om “controle” of “veiligheid” te voelen.

Grenzen stellen is dus geen luxe. Het is een basisvoorwaarde voor herstel.

 

Hoe herken je jouw grenzen?

Grenzen zijn niet altijd glashelder. Vaak merk je ze pas als je eroverheen bent gegaan. Een manier om ze sneller te leren voelen, is regelmatig bij jezelf in te checken:

  • Waar voelde ik vandaag frictie of ongemak?
  • Ging ik op een of andere manier over mijn grens heen?
  • Waarom deed ik dat? Welke overtuiging zat daaronder?

Veelvoorkomende overtuigingen zijn bijvoorbeeld:

❌ “Als ik stop, dan heb ik gefaald of ben ik lui of dom.”
❌ “Ik mag anderen niet tot last zijn.”
❌ “Ik moet het zelf kunnen. Als ik hulp vraag, ben ik zwak.”

Die overtuigingen hebben je ooit geholpen, maar nu houden ze je tegen in je herstel.

 

Grenzen zijn dynamisch

Weet ook: grenzen zijn niet statisch. Ze veranderen met je levensfase, je energie en de mensen om je heen.

Het belangrijkste is dat jij ze leert herkennen en serieus neemt. Want hoe beter jij je grenzen bewaakt, hoe sterker je staat in herstel.

 

Grenzen zijn zelfzorg

Grenzen stellen is geen egoïsme, maar zelfzorg. Het is erkennen wat je nodig hebt, zodat je niet terugvalt in oude patronen.

Wil jij leren hoe je beter je grenzen bewaakt en je eetstoornis niet langer de controle laat nemen? Download dan mijn gratis gids Herstel: zo lukt het wél! Daarin ontdek je de 5 pijlers om los te komen van je eetstoornis, mét tips vanuit mijn eigen ervaring.

👉 Download hier jouw gratis gids

Veelgestelde vragen

Waarom vind ik het zo moeilijk om mijn grenzen aan te geven?
Vaak spelen overtuigingen mee zoals “ik mag anderen niet tot last zijn” of “ik moet het zelf kunnen”. Dit zijn oude beschermingsmechanismen die je ooit hielpen, maar die je nu tegenwerken.
Hoe weet ik of ik over mijn grens ben gegaan?
Je merkt het vaak aan lichamelijke signalen (hoofdpijn, buikpijn, spanning) of emotionele reacties (prikkelbaarheid, piekeren, boosheid op jezelf). Dat zijn alarmsignalen dat je iets hebt genegeerd.
Hoe kan ik oefenen met grenzen stellen?
Begin klein. Zeg bijvoorbeeld eens “nee” tegen iets wat niet urgent is. Of plan bewust rust in, ook als je vindt dat je nog door “moet”. Hoe vaker je oefent, hoe makkelijker het wordt.